Polaroid Photo

Pictures from In het land van rijst en honing

In het land van rijst en honing

"And he also speaks Orange! … Mandarin, honey!"

Choose a Topic:

Wed
4
Aug '10

Shanghai

Wat doe je 40 uur op een trein? Eigenlijk gaat de tijd heel snel voorbij: er komen constant mensen voorbij die dingen verkopen,i eten maar ook spelletjes en hebbedingetjes, je probeert wat met de Chinezen te praten en natuurlijk 2x slapen, en de rit is al voorbij.
Shanghai is veel warmer dan Kunming. Of tenminste, zo lijkt het misschien enkel omdat het hier zo vochtig is.
In de dag bezoek ik de peoples square en het park en loop ik naar de bund. Het is een oudere bekende buurt, en zoals de naam al doet vermoeden ligt het aan de waterkant. Het lijkt wel op New York in 1930, qua bouwstijl probeerden de Chinezen in die tijd de handelaars te imponeren als ze Shanghai binnen vaarden. Hier floreerde de opiumhandel, de avonturen van Kuifje speelden zich hier af en werden er bruggen gebouwd naar het westen. Maar ook hier zijn deze glorieuze momenten verdwenen en kunnen we onze volgende dagen niet vullen met aan de opiumpijp te hangen: de opiumhandel werd stopgezet en in de statige gebouwen bevinden zich nu banken, kledingswinkels en andere zaken, wat echter de vroegere sfeer niet bederft.
We willen een kijkje nemen vanop een hoge toren en het vijfsterrenhotel Hyatt lijkt daarvoor wel een geschikte kandidaat: bezweet, met vrijetijdskleding en op sandalen lijken we wel op de gemiddelde gast van het hotel, denken we, en raken we dus moeiteloos voorbij de portier. Om in de bar te geraken op het 32e moet je de keycard van je kamer gebruiken maar gelukkig komen er net 2 andere gasten aan waardoor we opeens toch in de bar staan. Het uitzicht is geweldig maar er hangt zoveel smog dat het op een grijze herfstdag lijkt. De luxe van de herfst hebben we echter niet: alhoewel de foto’s donker lijken is het hier wel degelijk snikheet!
Daarna ga ik naar de wereldexpo, die dit jaar in Shanghai plaatsvindt. Het lijkt wel een kleine stad op zich waar je de bus moet nemen! Ik bezoek het Belgisch paviljoen, waar je belgische frietjes kan eten. Ik leer dat Belgische frieten niet door Belgen worden gebakken maar door Chinezen en dat een zakje friet in België ongeveer de grootte van een vingerhoed heeft. Maar soit, de frieten waren wel lekker, jammer genoeg vrij duur zodat de gemiddelde Chinees onze lekkernij toch niet kan proeven. Het Belgisch paviljoen is mooi maar Belgen bij de organisatie zijn er niet te bespeuren. Kuifje, Henin, de smurfen, pralines, alles over België wordt uit de doeken gedaan. In het café kan je allerlei soorten bier drinken voor ondemocratische prijzen, maar ook het café is heel mooi opgebouwd. Uiteindelijk kom ik toch nog een groep Belgen tegen die meewerkten aan de organisatie. Nog enkele andere kleinere paviljoenen bezocht maar helaas staat er meestal zo’n rij dat je niet binnenraakt. Borden met lichtreclame ontmoedigen alle pogingen om binnen te raken: Saoudi Arabië, 5 uur wachttijd, Duitsland, Rusland, 3 uur wachttijd. Alhoewel ik de volgende dag oorspronkelijk terugwilde schrikte de massa mij wat af: vanaf ‘s morgens zitten er al 182.000 bezoekers op de expo.
Dus, bezoek ik een van de watersteden buiten Shanghai. Er zijn een heleboel steden die er zoals Venetië uitzien en de keuze valt op Fengjing omdat dit niet zo ver is en ook niet in de Lonely Planet staat zodat we de toeristen eens een beetje kunnen mijden.
Een uurtje rijden en je stapt een andere wereld in: authentiek, charmant, met kanaaltjes en bruggetjes, en met enkel Chinezen die je vrolijk begroeten terwijl ze een spelletje Chinees schaak zitten te spelen of met de boot voorbij varen. Europese toeristen komen hier blijkbaar nog niet! Het is opnieuw snik, snikheet en de ligging aan het water drijft de luchtvochtigheid op.
Na een tijdje kan ik deelnemen aan een theeceremonie: de beste thee wordt bijgehouden in een koelkast om de smaak te behouden. De thee heeft een sterke smaak zelfs al wordt hij maar even overgegoten, er zijn speciale potjes om te ruiken, er is een heel systeem.
Daarna terug in Shanghai een wandeling op de andere oever tegenover de Bund, die overvloedig verlicht is door lichtreclame. Lijkt een beetje op Dubai.
Na enkele weken China is mijn indruk en de voorstelling die ik had over China sterk veranderd: de levenskwaliteit is hier toch vrij hoog, er is een gigantische middenklasse en vele dingen zijn hier toch prijzig. Alles verandert hier razendsnel tempo, en de lagere klasse zal op termijn zeker ook evolueren waardoor men hier binnen enkele jaren waarschijnlijk met een sociale crisis zit. Iemand maakt voorlopig nog gigantisch veel winst, de overheid of grote concerns, ook via de lokale Chinese markt. Zal de import van Chinese producten naar Europa binnen 5 jaar nog zo groot zijn?
Smog is een groot probleem, alhoewel er hier niet zo’n grote concentraties mensenmassa’s zijn zoals in India en misschien eerder het klimaat een rol speelt. De overheid probeert er wel wat aan te doen: bussen die op elektriciteit rijden, vele brommertjes rijden op electriciteit en men poogt aan te sporen om te recycleren.
Het zal interessant zijn om te zien hoe China er binnen enkele jaren uitziet.

Sun
1
Aug '10

Dali, Kunming, Yuangyang

Nog enkele weetjes over China. Iedereen loopt hier met een klein thermosflesje rond, gemaakt uit dubbel glas. Overal in China kan je kokend water krijgen uit een soort kraantje: in de treinstations (de eerste keer probeerde ik er mijn handen mee te wassen, sindsdien ken ik het Chinese karakter voor ‘heet’), in de treinen zelf, in de hotels en zelfs op sommige bussen. Als je dan een pakje thee koopt of zakjes koffie dan heb je steeds warme drank. Een ander weetje, de toiletten hebben hier meestal geen deuren en als er toch deuren zijn vinden de Chinezen het niet de moeite om de deur toe te doen. Waarom associaal zijn als je ondertussen een praatje kan maken met je buurman?
Vaak is het ook enorm warm in China. de Chinese mannen lossen dit op door hun t-shirt op te rollen en op die manier met hun buik bloot te lopen, een zeer grappig zicht, misschien ook een ideetje voor een nieuwe modetrend in België? Mij verwelkomen op die manier is in elk geval niet nodig!
Maar goed. We zitten dus on de provincie Yunnan die veel armer is dan de rest van China maar wel ook veel meer toeristisch. We vertrekken naar Dali. Het plan is om daar niet te overnachten omdat het plaatsje zo klein is. We komen tegen de middag aan want het is niet echt heel ver van Lijiang, 4 uur bus. Dali is de stad van de pagoden. 3 hoge pagodes rijzen trots op langs de groene bergtoppen die omgeven zijn door mist. Later op de dag wordt het weer zeer heet. Voor de rest zijn de pagodes omgeven door boeddhistische tempeltjes.
Het nieuwe deel is zeer toeristisch, een beetje zoals Pingyao naar met meer varieteit. Het is makkelijk om een sleeperbus te vinden naar Kunming. De bus ziet er een beetje raar uit met 3 rijen met bedden, zo’n bussen heb je in Europa niet. Want echt veilig is het misschien niet om neer te liggen in een bus als het tot een aanrijding zou komen maar een voordeel is dat de chauffeurs de hele nacht de tijd hebben om op de bestemming te geraken en dus wat rustiger rijden.
We komen aan in Kunming. In de buurt ligt het stenen woud, in Shilling. Door een eigenaardig natuurfenoneen en erosie hebben zich in de rotsen eigenaardige vormen gevormd, zoals paddestoelen of bomen. De rotsen hebben andere kleuren door mineralen die al dan niet aanwezig zijn. Jammer genoeg begint het na de middag opeens te stortregenen en ik zit er middenin. Maar na de regenbui komen we in een gebied met rijstvelden, maïs en varens, het ziet er heel tropisch en mooi uit.
We reizen met de sleeperbus verder naar Yuangyang, opnieuw een nachtje rijden. Jammer genoeg is onze chauffeur redelijk raar: hij stopt bijna elk uur en steekt dan de lichten aan en begint te roepen. Yuangyang is bekend voor zijn rijstterrassen en ligt niet zo heel ver meer van Vietnam. ‘s morgens regent het helaas opnieuw maar de regenbuien zijn nooit van lange duur en vanaf de middag schijnt de zon weer. De terrassen zijn echt heel mooi. Langs de bergwanden maken ze kleine vijvertjes waar dan de rijst in groeit. Per terras zijn de kleuren verschillend wat het nog mooier maakt. Je kan echt tussen de rijstvelden lopen en je komt in kleine dorpjes waar schijnbaar niemand anders komt.
Terug in Kunming bezoeken we nog het West Hill park waar er een groen meer bevindt en waar je de bergen kan beklimmen om de dragon gate te bereiken, een complex van tempeltjes verbonden met gangen die door de rotsen leiden.
De sleepertrein op. De rit naar Shanghai duurt vrij lang, 40 uur ofzo. Nog nooit zo lang op de trein gezeten en het landschap schijnt wel mooi te zijn dus het wordt wel leuk, dit is mijn langste rit ooit.

Sat
31
Jul '10

Meer bordjes

Nog enkele bordjes, om het af te leren.

Wed
28
Jul '10

Grappige bordjes

Af en toe worden er dingen in het Engels vertaald. De Chinezen doen hun best, maar soms loopt de vertaling wel een beetje mis of is het zelfs volledig onbegrijpbaar. Men noemt het wel een Chinglish ook. Hier enkele bordjes.

Sat
24
Jul '10

Chengdu, Leshan, Lijiang

Chengdu is een grote stad, de vijfde grootste van China. Dat betekent dat we terug in de smog zitten. Het is hier enorm warm, tenminste, het is slechts 30 graden maar door de hoge luchtvochtigheid voelt het hier veel warmer aan. Als je de hitte, de Chinese opschriften en de Chinezen wegdenkt zou je kunnen denken dat je in Brussel zit.

Alhoewel er in Chendu niet zoveel te beleven valt heeft het wel een centrale ligging. Een 200-tal km verder ligt het stadje Leshan en dat is enorm bekend voor het metershoge Boedha beeld dat daar staat. Het is uitgehouwen in de rotsen en een 100-tal meter hoog. Heel spectaculair, je kan met de trap langs het beeld naar beneden. Er staat echter zo’n lange file dat ik als alternatief een boottochtje maak langs het beeld, zodat ik zo toch een goed zicht op het beeld heb.

China is natuurlijk ook bekend omdat de panda’s van hier afkomstig zijn en we kunnen natuurlijk China niet verlaten zonder een panda te zien. Er schijnen slechts nog 1000 exemplaren van deze bedreigde diersoort op de wereld rond te lopen en vlakbij Chendu bevindt er zich een soort van reservaat waar er zich 88 panda’s bevinden. Hier probeert men zich in te zetten om de soort te redden. Ik ontdek dat er ook een soort van rode panda bestaat.

Nu willen we verder naar de provincie Yunnan, alleen is er een probleem. Tot 7 dagen later zitten alle treinen vol en zijn er dus geen tickets meer beschikbaar. We moeten dus iets anders verzinnen en duiken het misdaadmilieu van China in: omdat in China de treintickets niet aan een passagier gelinkt zijn (in vele andere landen moet je voor langeafstandstreinen je paspoort laten zien en staat het ticket op naam), bestaat er een zwarte markt voor tickets. Vermits er zoveel gereisd wordt raakt men toch makkelijk van de tickets af, er zijn kopers genoeg. En zo geraken we toch nog aan tickets naar Panzazjou, 12 uur met de trein. Maar in het treinstation komen we tot de constatatie dat de trein vertraging heeft. De vertrektijd wordt later en later en elke aanpassing wordt door de enorme menigte aangehaald door een luid boe-geroep of door de gelukkigen die wel kunnen vertrekken door hoera geroep. Ondertussen begint het buiten zwaar te onweren en te bliksemen. We komen te weten dat er overstromingen zijn in de regio Yunnan en dat dit de oorzaak is van de vertragingen. Na de trein moeten we nog een bus nemen en die zullen we dus zeker missen want de laatste vertrekt om 13 uur. Conclusie: geen treintickets, we geraken verder en verder van Shanghai verwijderd, vanwaar we moeten moeten terugvliegen, en onze bestemming staat onder water. Ons avontuur is begonnen!

7 uur later vertrekt de trein dan toch uiteindelijk en in de late namiddag komen we aan. We proberen eerst treinen te regelen en hebben geluk: onze trein naar Shanghai is geboekt! Alles is dus in orde nu! Nu moeten we verder naar Lijiang maar de bus is al vertrokken. Er zijn privebusjes maar die zijn veel te duur. We gaan toch naar het busstation en daar krijgen we inderdaad hetzelfde te horen. Een mannetje heeft echter een minibusje en wil ons wel brengen voor 400, wat wel ok is. Hij roept heel hard, tegen ons en aan de telefoon, maar soit, we zijn vertrokken. Een kwartier later stopt hij echter in het midden van een drukke weg. Hij wil opeens 700. Nu ja, dat is dan weer overdreven, dus we beginnen de rugzakken uit te laden. Dat heeft effect want het mannetje begint paniekerig te reageren en vertelt dat er toch een grote bus zou zijn waar we met meekunnen voor de correcte prijs. Nog beter natuurlijk, dat is comfortabeler. Hij begint te telefoneren en de bus is al onderweg, waarop hij in monty python stijl tegen volle snelheid de bus probeert in te halen. de situatie is grappig maar we geraken toch op de bus! En ze is zelfs leeg, dus we hebben ze voor ins alleen! De rit duurt 8 uur, de bochten in de bergen zijn scherp, er liggen rotsen op de weg en tot overmaat van ramp steekt er mist op maar we geraken in Lijiang en het is de moeite! Het oude centrum is net Brugge, met kanaaltjes en waterraderen. Overal hangen lampionnetjes, de huizen zijn in hout. Het centrum is autovrij dus geen grote Volkswagens of Audi’s hier. Dit is al meer het traditionele China dat ik me heb ingebeeld. Ondertussen bouwt men druk ‘oude’ houten huisjes bij. Het is dan misschien niet allemaal even echt, maar het is wel ‘mijn’ stukje traditioneel China.